Gevoelige huid: met zachtheid te reinigen
De gevelreiniging verbetert de kwaliteit van de openbare ruimte. Ze moet zorgen voor een voldoende staat van reinheid, en tegelijkertijd de verwering van materialen tot een minimum beperken. De wens om de gevel “op te knappen” leidt inderdaad te dikwijls tot onherstelbare schade die het ongeoefende oog niet onmiddellijk opmerkt.
De Brusselse gebouwen vormen een echte uitdaging voor de gevelaannemer, omdat ze verschillende materialen combineren die bij het reinigen technieken vereisen die aan elk geval apart zijn aangepast: blauwe hardsteen, harde of zachte witte steen, ruwe, gladde of verglaasde baksteen, steenpleister, beton, enz. Een reinigingsoperatie moet gepaard gaan met ingrepen die nuttig zijn voor de goede bewaring van de gevel: restauratie van natuursteen, van pleisters, van smeedwerk en schrijnwerk, opvoeging indien nodig, eventueel aanbrengen van een waterwerend middel, enz.
Op deze pagina vindt u de verschillende methodes om uw gevel te reinigen zonder deze te beschadigen, en op die manier te bewaren.
Welke premies zijn er om mijn gevel te reinigen?
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt premies en incentives ter beschikking om de renovatie van gebouwen aan te moedigen.
Deze steunmaatregelen veranderen regelmatig. Raadpleeg onze Samenvatting van premies.
RENOLUTION-premies
Sinds 1 januari 2022 zijn de Energiepremies en de premies voor de renovatie van het woonmilieu en de verfraaiing van gevels samengevoegd tot één systeem: de RENOLUTION-premies.
Er is een premie voor het reinigen, het onderhoud en het schilderen, en voor kleine reparaties aan gevelmaterialen.
Premie Klein Erfgoed
Tal van erfgoedelementen, zelfs als ze niet beschermd zijn, komen in aanmerking voor een specifieke financiële steun (sgraffiti, keramiekbetegeling, mozaïeken, glasramen, balustrades, siersmeedwerk, decoratieve elementen in de aan de straatzijde gelegen voortuintjes of ter versiering van deuren, ramen of daklijsten).
Om deze erfgoedelementen te restaureren kunt u een aanvraag voor de Premie Klein Erfgoed indienen.
Waarom en hoe worden de gevels vuil?
De gevelmaterialen, blootgesteld aan weer en wind, verouderen en krijgen mettertijd een patina.
De intensieve vervuiling die men in de steden ziet, is hoofdzakelijk te wijten aan de luchtverontreiniging door verbrandingsresten die gerelateerd zijn aan het autoverkeer. Er zijn andere soorten vervuiling: microalgen, mossen, vlekken afkomstig van metaalcorrosie, enz.
De vervuiling door luchtverontreiniging slaat ongelijk neer op een gevel. Schone zones komen overeen met delen die regelmatig door regenwater gespoeld worden. Ze steken af bij de vuile zones die ontstaan onder de uitspringende delen: vensterbanken, lijsten, balkons, erkers en daklijsten.
Er zijn twee soorten vervuiling: het vuil dat neerslaat op het oppervlak, en de vlekken die in de materialen dringen. De stenen ontwikkelen pathologieën als gevolg van verontreinigende stoffen: uitbloeiing, aankorsting, afschilfering, enz.
Welke technieken zijn er voor het reinigen van gevels?
De gevelreiningstechnieken kunnen in drie “families” onderverdeeld worden: reinigen met water, reinigen door het spuiten van een straalmiddel en chemisch reinigen.
De methode moet aangepast worden aan het type van bekledingsmateriaal, aan zijn bewaringsstaat en aan het vervuilingstype. Het is verstandig om vooraf proeven uit te voeren.
Bij de hierna beschreven technieken zijn het reinigen met water onder hoge druk en het waterstralen van granulaten de meest gebruikte.
De meer uitgebreide (en duurdere) methodes zijn meestal voorbehouden aan de beschermde gebouwen, waarvoor specifieke eisen met betrekking tot het respect voor de materialen worden toegepast.
Reinigen met water
Het reinigen met water komt in drie varianten voor, die zich onderscheiden door de hoeveelheid, de temperatuur en de waterdruk.
Herhaalde waterverstuiving
Kleine hoeveelheden water worden op de gevel gespoten onder lage druk (minder dan 10 bar), met tussenpozen en door middel van een reeks sproeiers. Het vuil, dat door het gestraalde water in de vorm van “mist” is losgeweekt, wordt daarna weggespoeld door een waterstraal en kan gepaard gaan met handmatig borstelen.
Aandachtspunt
Het reinigen door herhaalde waterverstuiving maakt een reiniging mogelijk waarbij materialen zoals kalksteen bijna niet aangetast worden. Als de gebruikte waterhoeveelheden te groot zijn, bestaat er een risico op beschadiging van het metselwerk en zelfs aan de binnenkant van het gebouw.
Verzadigde stoom
Verzadigde stoom wordt onder lage druk (2 tot 6 bar) op de gevel gespoten.
Deze techniek maakt het vuil los door de mechanische werking en de hoge temperatuur van de stoom (tussen 120 en 160° C). Het water dat geproduceerd wordt door de condensatie van stoom bij contact met de gevel, doet het vuil wegspoelen.
Weinig ondernemingen beschikken over de nodige uitrusting om deze techniek uit te voeren.
Aandachtspunt
Deze zachte methode bewaart het patina van de materialen. Sterke vervuiling kan er niet door verwijderd worden. De methode is afgeraden voor fijn bewerkte materialen, die door de hoge temperatuur beschadigd zouden kunnen worden.
Water onder hoge druk
Bij deze techniek wordt het vuil verwijderd met een koude of warme waterstraal onder hoge druk (30 tot 100 bar). Van de technieken met water is deze de meest gebruikte, wegens haar relatief lage kostprijs. In de offertes wordt ze soms verward met de reiniging met verzadigde stoom.
Aandachtspunt
De reiniging met water onder hoge druk is toepasbaar op harde materialen. Ze kan de zachte materialen en de metselvoegen beschadigen.
Reiniging door het spuiten van een straalmiddel
Er wordt een straalmiddel met perslucht op de gevel gespoten. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de droge straaltechnieken en de hydropneumatische straaltechnieken (met toevoeging van water).
Droogstralen met fijne straalmiddelen
Bij deze techniek, bekend onder de naam “gommage”, wordt een poeder met een fijne korrelgrootteverdeling (minder dan 100 micron) en meer verwant aan talk dan aan zand, onder lage druk drooggestraald in een persluchtstroom.
Omdat de reiniging meer door wrijving dan door inslag gebeurt, is het schurend effect op de gevel zachter dan bij het waterstralen van granulaten, waardoor zelfs gebeeldhouwde elementen gereinigd kunnen worden.
Deze techniek maakt het gebruik van een afschermings- en afzuigsysteem noodzakelijk, om te verhinderen dat het stof zich verspreidt.
Aandachtspunt
Het droogstralen met fijne straalmiddelen maakt het mogelijk een sterke vervuiling te verwijderen, ook op zachte materialen. Deze techniek is niet geschikt voor gepolijste of verglaasde oppervlakken. Gezien haar hoge kostprijs wordt deze enkel gebruikt voor grote gebouwen of monumenten.
Hydropneumatisch stralen
Deze techniek vindt men in de offertes onder verschillende benamingen terug: hydropneumatisch zandsteenpolijsten, gommage met nat granulaat, hydrogommage, Torbosysteem, enz. De perslucht brengt het straalmiddel in beweging dat, onder lage druk gespoten (maximum 3 bar), de materialen reinigt door de schurende werking. Tegelijk wordt water gespoten om te verhinderen dat stof vrijkomt en om het mengsel van straalmiddel en vuil door afvloeien te verwijderen.
Naast de vakbekwaamheid van de operator die bepalend is, beïnvloeden verschillende parameters de kwaliteit van de reiniging: het soort straalapparaat, het gebruikte straalmiddel en de werkdruk.
Het basisstraalapparaat heeft twee straalmonden die naast elkaar zijn geplaatst, de ene voor het water en de andere voor het straalmiddel. Er zijn uitgebreidere systemen voorzien van straalmonden die de straalhoek van het schurend straalmiddel op de gevel doen wisselen, om de aantasting van het oppervlak van de materialen te beperken.
Het gebruikte straalmiddel is meestal zand van het type “Molzand”. De hardheid van dit straalmiddel beperkt zijn gebruik tot het reinigen van harde materialen. De diameter van de korrels moet tussen 100 en 200 micron liggen, en zelfs 250 micron voor het reinigen van sterke vervuiling op blauwe steen. Het gebruik van zachtere straalmiddelen of van verschillende vormen (calciet, dolomiet, gebroken glas, olivienzand, enz.), zelden gebruikt op de gewone werven, maakt het mogelijk de methode op zachtere materialen toe te passen.
Aandachtspunt
Hydropneumatisch stralen kan goede resultaten geven op harde materialen, maar kan zachte materialen onherroepelijk eroderen (tenzij zachte straalmiddelen gebruikt worden). Deze techniek is niet geschikt voor gladde, gepolijste of verglaasde oppervlakken.
Chemisch reinigen
Bijtende (zure of basische) producten of oppervlakteactieve stoffen (neutrale detergenten), aangebracht met de borstel of in kompresssen, reageren met het vuil en vergemakkelijken zijn verwijdering.
Na een reactietijd die door de fabrikant bepaald is, wordt het product weggespoeld met verzadigde stoom of met water onder hoge druk.
Aandachtspunt
De oppervlakteactieve stoffen vormen in het algemeen weinig risico’s voor de te reinigen onderlagen. Ze zijn doeltreffend op gladde materialen zoals verglaasde baksteen.
Om milieuredenen (vermijden dat gevaarlijke producten in de riolering terechtkomen) en wegens het risico op uitbloeiingen (witte sporen) of kleurwijziging van de materialen, moet het gebruik van bijtende producten in de meeste gevallen vermeden worden.
Bijzondere technieken
Naast de hierboven beschreven technieken zijn er nog heel wat andere minder bekende technieken, bedoeld voor specifieke toepassingen:
- stralen van korrels koolzuurijs (CO2 gestold op -78,5°C) lijkt interessant om verf te verwijderen die oorspronkelijk niet-geverfde onderlagen bedekt;
- schuurpasta op basis van klei is doeltreffend om weinig poreuze en gladde materialen te reinigen, vooral de marmers;
- laserreinigen, waardoor lichtgekleurde steenachtige materialen met donkere plekken gereinigd kunnen worden, wordt gebruikt voor het reinigen van beeldhouwwerken;
- enzymen en bacteriën die al lang in detergenten voor wasmiddelen gebruikt worden, zijn het voorwerp van veelbelovende proeven voor het reinigen van gebouwen.
Welke reinigingstechniek moet gebruikt worden, afhankelijk van de gevelmaterialen?
Tot het midden van de 19e eeuw vindt men maar weinig materialen terug in de Brusselse gevels: baksteen, witte steen en, in mindere mate, blauwe hardsteen. Het metselwerk wordt gewoonlijk beschermd door pleisters en verven.
Vanaf het eind van de 19e eeuw voert het spel van texturen en kleuren van de zichtbare materialen de boventoon.
De korte uiteenzettingen hierna stellen courante gevelmaterialen en richtinggevende adviezen voor over de reiniging. De oppervlakteactieve producten (dikwijls toepasbaar) en de zure of basische producten (te verbieden voor de meeste materialen) worden in de tabellen niet vermeld.
Symbool | Betekenis van het symbool |
---|---|
(:-)) | minimale aantasting van het materiaal indien de techniek correct toegepast wordt |
(:-|) | toepasbare techniek, maar met de nodige omzichtigheid te gebruiken |
(:-() | te verwerpen techniek wegens het risico op beschadiging van het materiaal |
Gevelstenen in terracotta
De terracotta baksteen wordt verkregen door het bakken, na het drogen van een kleiachtige pasta die in een gietvorm wordt geperst. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen metselstenen die dienen voor de bouw van het hoofddeel van de muur, en gevelstenen die regelmatiger zijn en bestemd voor de gevels.
Vanaf het einde van de 19e eeuw maakt de mechanisatie van de productie het mogelijk om een steeds breder gamma van gevelstenen aan te bieden. Afhankelijk van de samenstelling van de klei en de bewerkingstechnieken hebben de bakstenen een gladde, ruwe of verglaasde afwerking en hebben ze verschillende kleurschakeringen: rood, oker, bruin, zwart, wit, grijs, geel en zelfs groen of blauw, enz.
Technieken | Ruwe terracotta baksteen | Gladde terracotta baksteen | Verglaasde baksteen |
---|---|---|---|
verzadigde stoom (indien weinig vuil) | (:-)) | (:-)) | (:-)) |
droogstralen met fijne straalmiddelen | (:-)) | (:-|) | (:-() |
hydropneumatisch stralen | (:-|) | (:-() | (:-() |
water onder hoge druk | (:-() | (:-|) | (:-|) |
Metselsteen als parement gebruikt
Om redenen van besparing wordt de gangbare terracotta baksteen, bestemd voor het metselwerk, dikwijls gebruikt in de gevel. Hij wordt dan beschermd door een baksteenrode deklaag en gecombineerd met specifieke voegtechnieken, waardoor hij het regelmatige uitzicht van een gevelsteen krijgt.
Aandachtspunt
Het is afgeraden om dit type van parement te reinigen. Een reiniging met verzadigde stoom kan overwogen worden, maar de kans bestaat dat het resultaat weinig zichtbaar is. Indien nodig kan de oorspronkelijke deklaag van de baksteen vernieuwd worden door middel van een minerale verf (voorbeeld: silicaatverf). Reinigen door het spuiten van straalmiddelen of met water onder hoge druk is volstrekt uit den boze!
Kalkzandsteen
Kalkzandstenen worden niet gemaakt van klei, maar van een vochtig mengsel van kalk en water dat onder stoomdruk gebakken wordt. Men ziet ze vaak in de gevels van gebouwen uit de vroege 20e eeuw.
Ze hebben een beige, lichtgrijze of lichtjes roze kleur, en bezitten een hoge porositeit waardoor ze vatbaar zijn voor vuil en moeilijk te reinigen zijn.
Technieken | Kalkzandsteen |
---|---|
verzadigde stoom (indien weinig vuil) | (:-)) |
droogstralen met fijne straalmiddelen | (:-|) |
hydropneumatisch stralen | (:-() |
water onder hoge druk | (:-() |
Blauwe kalksteen of “petit granit”
De blauwe hardsteen, zeer dicht, resistent en weinig poreus, is hoofdzakelijk afkomstig uit de streek van Hennuyères: Zinnik, Ecaussines, enz.
In de 19e eeuw wordt hij vrijwel systematisch gebruikt voor de gevelplinten, de lijsten en dorpels van vensters en deuren, de grondvlakken en consoles van balkons. Zijn uitstekende geschiktheid voor behouwing zorgt voor een grote keuze aan afwerkingen.
Technieken | Blauwe hardsteen |
---|---|
verzadigde stoom (indien weinig vuil) | (:-)) |
droogstralen met fijne straalmiddelen (behalve indien gladde afwerking) | (:-)) |
hydropneumatisch stralen (behalve indien gladde afwerking) | (:-|) |
water onder hoge druk (indien weinig vuil) | (:-)) |
Witte kalksteen
Tot het midden van de 19e eeuw komt de witte steen vooral uit onze streken. De Balegemse steen, en daarna de Gobertingse steen, worden met name gebruikt voor de bouw en de restauratie van grote burgerlijke en religieuze monumenten.
Vanaf 1870 is de Franse witte steen steeds meer aanwezig. De hardheid en porositeit van witte steen variëren sterk.
Technieken | Zachte witte kalksteen | Harde witte kalksteen |
---|---|---|
verzadigde stoom (indien weinig vuil) | (:-)) | (:-)) |
droogstralen met fijne straalmiddelen | (:-|) | (:-)) |
hydropneumatisch stralen | (:-() | (:-|) |
water onder hoge druk | (:-() | (:-() |
herhaalde waterverstuiving (indien weinig vuil) | (:-)) | |
Simili pleister
De simili pleisters verschijnen enkele jaren vóór de Eerste Wereldoorlog en kennen hun glorietijd in de jaren 20-30.
Ze bestaan uit een mortel op basis van cement en kalk waaraan een aggregaat van steen wordt toegevoegd om het uitzicht van deze laatste te imiteren. Ze worden toegepast op baksteenmetselwerk en op gewapend beton. Schijnvoegen worden met het voegijzer getrokken in de nog verse pleister.
Deze schijnvoegen kunnen opgevuld worden met een mortel van een andere kleur. De afwerking van de mortel verbetert de textuur van het materiaal bij het plaatsen (borstelen, enz.) of na het drogen (beitelen, enz). Deze pleisters mogen in geen geval geverfd worden.
Techniques | Simili pleister |
---|---|
verzadigde stoom (indien weining vuil) | (:-)) |
droogstralen met fijne straalmiddelen | (:-)) |
hydropneumatisch stralen | (:-|) |
Sierbeton
Na de Tweede Wereldoorlog verdient het prefabbeton zijn sporen als materiaal voor gevelbekleding.
Zijn oppervlak kan glad zijn of ruw wanneer het gewassen werd vóór het einde van de verharding om het aggregaat er weer uit te halen.
Er zijn twee productfamilies: de bekledingsplaten die op de draagstructuur worden bevestigd door middel van metalen haken, en de elementen in architectonisch beton die zelf voor de draagfunctie van de gevel zorgen.
Techniques | Beton met zichtbare fijne granulaten | Beton met grote zichtbare granulaten |
---|---|---|
verzadigde stoom | (:-)) | (:-() |
droogstralen met fijne straalmiddelen | (:-)) | (:-)) |
hydropneumatisch stralen | (:-|) | (:-|) |
water onder hoge druk (indien weinig vuil) | (:-)) | (:-() |
Metselvoegen
Tot de Eerste Wereldoorlog zijn de voegen gewoonlijk samengesteld uit een kalkmortel. Daarna worden bastaardmortels (kalk en cement) frequent gebruikt.
De voeg moet tegelijk de regenwaterinfiltratie in de muur beperken en zijn droging bevorderen dankzij een hoge waterdampdoorlaatbaarheid.
Er is een ruime waaier aan voegen met verschillende vormen die de gevel expressie geven.
Aandachtspunt
De keuze van de reinigingstechniek moet rekening houden met de weerstand van de voegen om, voor zover mogelijk, hun conservering te verzekeren.
Welke herstellings- en restauratiewerkzaamheden kunnen worden uitgevoerd aan een gevel in zichtbare materialen?
Een reinigingsoperatie vormt het ideale moment om alle herstellingswerken uit te voeren die de goede conservering van de gevel mogelijk maken, en om tegelijk de aanwezigheid van de stelling te benutten.
Restauratie van steen
Het restaureren van beperkte beschadigingen (lichte scheuren, scherven, enz.) kan door een gevelonderneming uitgevoerd worden. Wanneer het om grotere defecten gaat, behoort de interventie tot het vakgebied van de steenhouwer. Deze ent inzetstukken in steen, voert herstellingen uit met eventueel gewapende minerale mortel, en vervangt zelfs gevelstenen die te veel beschadigd zijn.
Restauratie van beton
Dit werk moet grondig uitgevoerd worden door specialisten. Een simpele “aanvulling” van de ontbrekende delen met mortel zal uitlopen op het loskomen van deze geïmproviseerde herstellingen. Het is noodzakelijk de door “carbonatatie” aangetaste delen van het beton vrij te maken (het CO2 in de lucht verzuurt het beton) en het ijzer tegen corrosie te behandelen, alvorens de herstelling uit te voeren met compatibele mortels.
Opvoeging
De vernieuwing van de voegen is dikwijls noodzakelijk in de hoge delen van de gevel, die lijden onder weer en wind. De volledige opvoeging is zelden gerechtvaardigd. In de oude gevels gebruikt men een kalkmortel. In de recentere gevels (na de Eerste Wereldoorlog) kan een bastaardmortel (kalk en cement) worden voorgesteld. De kleur, de textuur en de vorm van de nieuwe voegen moeten identiek zijn aan die van de bestaande voegen.
Smeedwerk, schrijnwerk, sgraffiti, keramieken
Deze elementen moeten bij het reinigen beschermd worden. Hun onderhoud en hun eventuele restauratie vormen de finishing touch van een operatie voor gevelverfraaiing. In de meeste gevallen behoren deze ingrepen tot het vakgebied van gespecialiseerde vaklui of conservators-restaurateurs.
Beroepen van het erfgoed
Indien u een ambachtsman of bedrijf zoekt dat gespecialiseerd is in herstellings-, conserverings- of restauratiewerken van elementen van uw woning, bekijk dan www.beroepenvanheterfgoed.brussels.
Op deze website vindt u meer dan 150 professionelen die werkzaam zijn in het Brussels Gewest. Referenties en foto’s van de werven helpen u de specialist voor uw project te kiezen.
Moet mijn gevel vochtwerend worden gemaakt?
Vochtwerende middelen zijn kleurloze producten, dikwijls op siliconenbasis, die de poreuze materialen vochtwerend maken. In plaats van in het parement te dringen, druppelt en stroomt het regenwater op zijn oppervlak, wat het “zelfreinigingsproces” versterkt.
Het is van essentieel belang een product te kiezen dat de droogcapaciteit van de materialen zoveel mogelijk behoudt.
Welke materialen (niet) vochtwerend behandelen?
Het aanbrengen van een vochtwerend middel kan nuttig zijn op witte kalksteen en poreuze baksteen, maar moet vermeden worden op blauwe hardsteen, verglaasde baksteen of gepolijst marmer want het kan ongewenste wijzigingen van het uitzicht veroorzaken.
Sgraffiti, mozaïeken of faiëncetegels mogen in geen geval waterwerend gemaakt worden.
Aandachtspunt
Gevels die in slechte staat of gebarsten zijn, mogen geen vochtwerende behandeling krijgen want deze kan het vochtig worden van materialen en hun vorstgevoeligheid versterken. Deze behandeling wordt dikwijls vermeden voor beschermde gebouwen, met name wegens de onomkeerbaarheid ervan.
Moet mijn gevel een preventieve anti-graffiti behandeling krijgen?
Een antigraffiti is een product dat op de gevel ter hoogte van het gelijkvloers wordt aangebracht.
Het vergemakkelijkt de verwijdering van graffiti, doordat het de inkt en de verf verhindert om in de materialen te dringen. De “angst voor graffiti” mag er echter niet toe leiden om remedies toe te passen die erger zijn dan de schade die ze geacht worden te vermijden! De antigraffiti kunnen de droogcapaciteit van de materialen sterk beperken en hun tinten wijzigen.
Om dit risico te beperken zal men de voorkeur geven aan niet-blijvende en waterdampdoorlatende antigraffitiproducten. Als een graffiti vlekken maakt op de gevel, wordt de beschermingslaag tegelijkertijd met de inkt en de verf verwijderd door reiniging met verzadigde stoom of met warm water onder hoge druk. Daarna wordt een nieuwe antigraffitilaag aangebracht.
Waar moet ik op letten vooraleer met de gevelwerkzaamheden te beginnen?
In de meeste gevallen richt de particulier die zijn gevel wil laten reinigen zich rechtstreeks tot de aannemer. Wanneer het om grote gebouwen gaat of gebouwen met een erfgoedwaarde, is het aanbevolen om op een gespecialiseerde architect beroep te doen.
Keuze van de onderneming
De gevelreiniging wordt niet geregeld door een toegang tot het beroep. Naast ernstige ondernemingen zijn er minder aanbevelenswaardige bedrijven actief op de markt. Het is interessant om aan de geraadpleegde aannemers adressen van referentiewerven te vragen.
Diagnose, offerte of lastenboek
De diagnose begint met een nauwkeurige identificatie van de materialen, van de vervuiling en van de beschadiging door veroudering of door een eventuele vorige reiniging. Ze vormt de basis van een aannemingsofferte of van een lastenboek van de architect. Een nuttige clausule om in te voorzien, is het uitvoeren van voorafgaande proeven.
Voorafgaande proeven
De proeven maken het mogelijk de gewenste staat van reinheid en de grenzen die niet overschreden mogen worden wat betreft de aantasting van de materialen, vast te leggen. Zo worden geschillen voorkomen, ofwel wanneer de werkzaamheden niet tot de verwachte staat van reinheid leiden, ofwel wanneer de gevelmaterialen beschadigd zijn door de reiniging.
Beschermingsmaatregelen
Het is van essentieel belang om de oppervlakken
die niet gereinigd moeten worden, doeltreffend te beschermen: schrijnwerk en beglazing, sgraffiti, keramieken, gebeeldhouwde reliëfs, enz.
Wanneer twee reinigingstechnieken gecombineerd worden, moeten de meest delicate materialen beschermd worden (voorbeeld: bakstenen gereinigd met behulp van een zachtere methode dan die voor de omgevende blauwe hardsteen).
Is een stedenbouwkundige vergunning nodig om mijn gevel te reinigen en te restaureren?
Algemeen principe
Voor alle werken die het architecturale uitzicht van een goed veranderen, moet een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd worden.
Niet-beschermd gebouw
Het aanspreekpunt is de dienst stedenbouw van de gemeente. Deze dienst informeert u over de stedenbouwkundige vergunningen die moeten worden aangevraagd wanneer het architecturale uitzicht wordt gewijzigd (verandering van kleur, materialen, dikte, enz.).
Beschermd gebouw
Het aanspreekpunt is de Directie Cultureel Erfgoed van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel. Voor een goed dat beschermd is of op de bewaarlijst staat, moet voor de vervanging, zelfs op exact dezelfde wijze, steeds een vergunning worden aangevraagd. Dat is ook het geval voor restauraties, maar in principe niet voor onderhoudswerken. Omdat de grens tussen restauratie en onderhoud niet altijd makkelijk af te bakenen is, is het beter de Directie Cultureel Erfgoed te consulteren, alvorens een ingreep uit te voeren. Deze zal beslissen of de geplande werken wel of niet onderworpen zijn aan een vergunning, en geeft informatie over de eventuele stappen die moeten ondernomen worden.
Publicaties en nuttige links
Onze publicaties in verbandt met het restauratie van gevels
- Brochure Gevels in zichtbare materialen – Reinigen en restaureren
- Brochure Balkon – Onderhoud en bescherming
- Brochure Daklijst – Onderhoud en bescherming
- Brochure Sgraffito – Techniek en bescherming
- Brochure Renoveren: herstellen, hergebruiken en recycleren – Een stap naar een circulaire economie
Nuttige links
- Kleine erfgoed premie op erfgoed.brussels
- Vind premies en steunmaatregelen op RENOLUTION
- Vind en vakman op metiersdupatrimoine.brussels
- Duurzaam renoveren met gidsduurzamegebouwen.brussels
Homegrade: hoe kunnen wij u helpen?
Homegrade begeleidt alle gezinnen, huurders, eigenaars en mede-eigenaars. De adviseurs staan klaar om u te helpen bij uw technische, praktische en administratieve stappen.
Onze diensten:
- Diagnose en hulp bij het prioriteren van de werkzaamheden;
- Technische informatie;
- Ondersteuning bij het analyseren van offertes;
- Informatie over de premies en hulp bij het opstellen van de aanvraag;
- Informatie over de regelgeving (stedenbouwkundige vergunning, wettelijke inventaris, beschermde eigendommen, beveiliging van oude liften enz.)
- Ondersteuning bij de interpretatie van risicoanalyses en vervaardiging van attesten van historische waarde voor oude liften.
Andere bevoegde diensten
Directie Cultureel Erfgoed
Is uw eigendom beschermd of ingeschreven op de bewaarlijst? Homegrade geeft u eerstelijnsinformatie over wat er beschermd is in uw gebouw, welke werken toegelaten zijn, de administratieve stappen en de financiële steun. Voor specifieke vragen of dringende werkzaamheden kunt u contact opnemen met de Directie Cultureel Erfgoed, die verantwoordelijk is voor de vrijwaring van het erfgoed in het Brussels Gewest.
Contact opnemen : restauration@urban.brussels
Redactie
Jérôme BERTRAND
Bronnen
Gevelreiniging, Technische voorlichting 197, Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, Brussel, 1995
Waterwerende oppervlaktebehandeling, Technische voorlichting 224, Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, Brussel, 2002
Gids voor de restauratie van metselwerk: Deel 3 – Gevelreiniging, Deel 4 – Restauratie van gevelmaterialen, Deel 5 – Gevelafwerking en gevelbescherming, Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, Brussel, 2004, 2006, 2008